werk in uitvoering
  NATUURSTUDIE
ZAADPLANTENSTUDIE
PLANTENWERKGROEP
  Biota
Eukaryota
Plantae

Determineertabel kiezen
Determineertabellen

 
   
 
Onderrijk
Viridaeplantae
, Groene planten
Akkeronkruiden
Determineertabel 7.1
Overige planten met bladeren, waarvan de rand is ingesneden of waarbij de insnijdingen tot slechts halfweg de zijnerven gaan
 
- KNNV ROTTERDAM -
 
SYSTEMATISCH OVERZICHT SYNONIEMEN KENMERKEN WAARNEMINGEN SITEARTIKELEN
DETERMINEERTABELLEN NAAMLIJSTEN AFBEELDINGEN INVENTARISATIES LITERATUUR
BIJZONDERHEDEN COLLECTIES BIOLOGIE VERSPREIDING WEBLINKS
         

.

.

.

.

.

.

/\
NaaR
BoVeN


Viridaeplantae, Groene planten, Akkeronkruiden /\
NaaR
BoVeN
Determineertabel 7.1
Overige planten met bladeren, waarvan de rand is ingesneden of waarbij de insnijdingen tot slechts halfweg de zijnerven gaan
 

Volgnr.

Vraag Ga naar
Volgnr. Taxon Vervolgtabel
1 a Alle nerven lopen van de basis naar de top: kromnervig;
kan overal worden aangetroffen, graag op betreden grond
  Plantágo májor L. Grote weegbree  
b Soms ontspringen aan de basis meer dan 1 nerf, maar deze verenigen zich niet in de top, doch lopen naar de zijrand van het blad.
Meestal echter is er slechts één geprononceerde nerf, waáruit eventueel zijnerven uittreden
2    
2 a Bladeren hoekig rond, aan de achterzijde wat viltig, ontspruitend uit een geschubde wortelstok (wortelstandig), na de bloemen verschijnend;
deze laatste (bij oudere planten) dus ook aanwezig, hoewel vaak met vruchtpluis.
Bladnerven vaak donker;
kan overal worden aangetroffen; wortelonkruid
  Tussilago Fárfara L.
Klein hoefblad
 
b Niet al deze kenmerken tegelijk 3    
3 a Bladeren rondachtig met gekarteld gezaagde rand, handnervig, met diep hartvormige voet, geen eigenlijk akkeronkruid, maar toch op akkers niet zeldzaam   Málva silvéstris L.
Groot kaasjeskruid
 
b Bladeren anders 4    
4 a Het blad draagt afstaande, vertakte haren of het is bezet met aanliggende, 3-4-stralige haren (loupe- soms lastig te zien; opvallend licht bezigen) 5    
b Het blad is bezet met enkelvoudige haren of het is kaal 8    
5 a Aanliggende sterharen 6    
b Afstaande, vertakte haren 7    
6 a Blad naar de top breder wordend, vrij duidelijk ingesneden;
kan overal worden aangetroffen
  Capsélla Bursa-pastóris Med.
Herderstasje
 
b Blad naar de top smaller wordend, met slechts enkele, weinig opvallende zijtandjes;
meer speciaal in hakvruchtakkers
  Erysimum cheiranthoides L. Steenraket  
7 a Bladeren geleidelijk versmald. Stengel eveneens met vertakte haren bezet;
vrucht elliptisch;
voorjaarsbloeier op open, zandige grond
  Eróphila vérna Chev.
Vroegeling
 
b Bladeren vrij plotseling in de bladsteel overgaand.
Stengel met onvertakte haren bezet.
Vrucht lijnvormig;
meer speciaal in roggeakkers op vruchtbare zandgrond
  Arabidópsis Thaliána Heynh. Zandraket  
8 a In het goed ontwikkelde vegetatieve stadium heeft de plant een wortelrozet

Dit komt speciaal voor bij winterannuellen, dit rozet blijft gewoonlijk bestaan tot in het volgende voorjaar de vorming van de bloeistengel een aanvang neemt. In de regel blijven de talrijke grond- bladeren dan nog geruime tijd wijzen op de vroegere aanwezigheid van het wortelrozet.

(Winterannuellen zijn planten, wier ontwikkeling binnen een jaar afloopt, daar- bij in nazomer of herfst kiemen en als jonge plant de winter overblijven; zomer- annuellen kiemen daarentegen eerst in het voorjaar en zijn voor de winter afgestorven)
9    
b Reeds direct na het jeugdstadium vormt de plant een stengel

Vele zomerannuellen vallen hieronder; voorzover men ze in het najaar aantreft (zaden zonder kiemrust) trachten ze ook in datzelfde jaar nog tot bloei te komen. Tevens rangschikken zich hieronder de jonge planten, die opschieten uit onderaardse uitlopers van oudere
17    
9 a De bladeren zijn kaal of slechts met enkele haartjes bezet 10    
b De bladeren zijn matig tot sterk behaard, hetzij langs de rand, hetzij spinnewebachtig aan de onderzijde 14    
10 a De bladrand is meer fijn gekroesd dan ingesneden;
goed ontwikkelde bladeren meer dan 5 cm breed;
jb vaak hier en daar roodaangelopen;
kan overal worden aangetroffen
  Rumex crispus L. Krulzuring  
b De bladrand is duidelijk ingesneden;
de bladeren minder dan 5 cm breed;
jb meest niet rood aangelopen


Zie hier ook Sónchus oleráceus en arvénsis:
tabel 4
11    

.

/\
NaaR
BoVeN


Vragen, correcties, aanvullingen of tips ontvangen wij graag per E-MAIL.

/VIRIDAEPLANTAE AKKERONKRUIDEN DETERMTABEL7.1.htm

© KNNV ROTTERDAM

Websiteontwerper

WEBSITEREDACTIE

Voor het laatst bijgewerkt op 20 December 2007

Titel
VIRIDAEPLANTAE AKKERONKRUIDEN 7.1 DETERMINEERTABEL

Beschrijving

Trefwoorden